http://lexius.nl/wetboek-van-strafrecht/artikel261
Wetboek van Strafrecht
Tweede Boek. Misdrijven
Titel XVI. Belediging
Artikel 261
1.
Hij die opzettelijk iemands eer of goede naam aanrandt, door telastlegging van een bepaald feit, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, wordt, als schuldig aan smaad, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.
2.
Indien dit geschiedt door middel van geschriften of afbeeldingen, verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen, of door geschriften waarvan de inhoud openlijk ten gehore wordt gebracht, wordt de dader, als schuldig aan smaadschrift, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
3.
Noch smaad, noch smaadschrift bestaat voor zover de dader heeft gehandeld tot noodzakelijke verdediging, of te goeder trouw heeft kunnen aannemen dat het te last gelegde waar was en dat het algemeen belang de telastlegging eiste.
Wetboek van Strafrecht artikel 261
-
- Beheerder /Assistent bijenkoningin
- Berichten: 4425
- Lid geworden op: 20-12-2008 12:27
Wetboek van Strafrecht artikel 261
Mail Beheer
A positive attitude may not solve all your problems, but it will annoy
enough people to make it worth the effort.
A positive attitude may not solve all your problems, but it will annoy
enough people to make it worth the effort.